DAGBOEK 28 oktober 2002

Er brandt altijd een kaarsje op de ronde tafel die we speciaal gekocht hebben om te dienen als plekje voor Justin. Er staan bloemen en een lijstje met zijn portret, er liggen twee mapjes met foto's, een doos met kaarten die we gekregen hebben, een steentje, een takje en een paar blaadjes.
Zodra we 's ochtends beneden komen steken we de kaars aan. Net als wanneer we thuis komen. Het is al een paar keer gebeurd dat ik midden in de stad om moest keren omdat ik vergeten was de kaars uit te blazen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten