DAGBOEK 13 APRIL 2003

Het is schitterend weer. Met wat buren en hun kinderen verven we eieren voor Pasen. De grootste pret levert het zoeken (en vinden!) van de versierde eieren op. Daarna drinken we met z'n allen een wijntje op de stoep terwijl de kinderen zich uitstekend vermaken met van alles en nog wat. Het gesprek gaat over voor het eerst naar school gaan, zindelijk worden en speentjes. Ik houd me wat afzijdig, pak het zoveelste toastje. Ik overweeg of ik iets zal zeggen over Justin. Hij was al snel zindelijk, het laatste jaar zelfs ook 's nachts. Eerder dus dan Elio die als zesjarige nog met een luier slaapt. Maar ik doe het niet. Het lijkt allemaal zo in orde, zo gewoon, een vrolijke vrije middag. Er ontbreekt echter een kind. Juist de grootte van de groep maakt dat ik zijn afwezigheid zo ontzettend scherp voel. Niemand noemt zijn naam. Zijn ze bang om onze schijnbare opgewektheid te verstoren?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten