INTERVIEW met de moeder van Gijs THEMA : geloof

Ik was altijd heel nuchter: je leeft hier op aarde, daarna ga je dood en dan houdt het op. Punt uit. Ik kon me niets voorstellen bij een hemel. Daar ben ik anders over gaan denken na de dood van Gijs. Ook omdat het wel heel hard is voor jezelf. Dus om het voor mijzelf wat zachter te maken vind ik het fijn om - soms - te geloven dat Gijs bij mijn ouders is. En bij de vader van mijn man. Hij is dus niet alleen. Ze vinden warmte bij elkaar.

Ik had een zekere angst voor de dood. Ik heb het altijd iets mysterieus, iets engs gevonden. Nu ik er zo dichtbij ben geweest, is het enge ervan af. Een dood mens ís niet eng. Ik ben me erg bewust geworden van het feit dat het zomaar afgelopen kan zijn. Daardoor sta ik anders in het leven. Ik ben er niet banger door geworden. Ik denk eerder: geniet maar van wat je wel hebt.

Ik hoop dat ik nog een hele tijd krijg voordat ik dood ga. Voornamelijk voor mijn andere zoon. Als ik doodga is dat wéér een verlies. Ik wil hem zoveel mogelijk ellende besparen. Ook voor mijn man en mezelf hoor, ik wil graag nog een tijdje samen zijn. Of ik Gijs ooit weer zal zien weet ik niet. Mijn grote vraag is hoe we elkaar in godsnaam zullen kunnen vinden. Zijn er vakjes gemaakt?


Fragment uit het interview met de moeder van Gijs, gehouden op 3 juli 2006.
In 1999 wordt er bij Gijs een tumor ontdekt bij de hersenstam. Vier maanden na de ontdekking overlijdt hij. Gijs is zesenhalf jaar oud geworden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten