Voor mijn gevoel was het vechten tegen de bierkaai: hard werken, met de kinderen bezig zijn. We woonden in een dijkhuisje, tussen aardige mensen, maar ik had niet veel aansluiting. Mijn man was heel vaak weg. Dus daar zat ik met twee kleine kinderen en een hond. Aan de dijk. Het was gewoon ploeteren om de dagen te vullen.
We hebben ons min of meer verdoofd met bezigheden. Alles hebben we aangegrepen om de zinnen te verzetten. Een soort vluchttactiek om van de problemen af te komen. Die natuurlijk 's nachts de kop opstaken. Maar we hebben er niet wakker van gelegen, nee, we hebben gevreeën dat de stukken er vanaf vlogen. Er was gewoon geen ruimte om toe te geven aan het verdriet.
Nu de kinderen groter zijn, is die ruimte er wel. Het onderwerp is bespreekbaar geworden. Vroeger was ik vooral bezig om de kinderen een zo onbezorgd mogelijke jeugd te geven. Ik werk graag in de tuin. Bij de urn en de rozenstruiken. Dat geeft mij een geweldige rust.
Fragment uit het interview met de ouders van Nini, gehouden op 30 januari 2006.
Nini is door zuurstoftekort tijdens de geboorte ernstig gehandicapt geraakt.
Ze is in 1982 overleden toen ze bijna zes jaar oud was.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten